Home / Publicaties / BBC and ISPs clash over Iplayer

BBC and ISPs clash over Iplayer

16/04/2008

Aldus de BBC News website van 9 april 2008. Wat is er aan de hand? De BBC biedt sinds enige tijd ook televisieprogramma's via de website van de BBC aan. Deze programma's zijn te ontvangen met gebruik van de zogenaamde BBC Iplayer. Het gaat hier om uitzendingen op verzoek (zogenaamde on demand video's) waarvan de kwaliteit aanzienlijker hoger is dan bijvoorbeeld de filmpjes die via "YouTube" te ontvangen zijn. De Iplayer is ongekend populair, niet in de laatste plaats omdat BBC programma's tot een week nadat ze op televisie zijn uitgezonden nog via de Iplayer laat zien.

Internetproviders zien zich als gevolg van deze ontwikkeling geconfronteerd met aanzienlijke kosten die door Oftel, de Britse Telecom waakhond, zijn begroot op ruim 1 miljard euro. Om de extra capaciteitsvraag op te vangen hebben de internetproviders zich tot de BBC gewend voor compensatie. Deze heeft vooralsnog afwijzend gereageerd. Wat nu?

Populair
In de eerste maand van ingebruikneming maakten meer dan een miljoen mensen gebruik van de Iplayer, waarbij meer dan 3,5 miljoen programma's werden gedownload. In de eerste drie maanden werden maar liefst 42 miljoen uitzendingen bekeken. Voordat u gaat kijken: de Iplayer is op dit moment alleen bereikbaar via een IP adres dat in het Verenigd Koninkrijk is geregistreerd.

In de discussie tussen de BBC en de internetproviders heeft al één internetprovider publiekelijk de vraag gesteld of zij, de internetproviders, moeten investeren in extra capaciteit of de gebruiker "BBC belasting" in rekening zullen brengen. Dit tot ongenoegen van de BBC die al heeft gewaarschuwd tegen het in rekening brengen van kosten aan aanbieders van zogenaamde content (de verzamelnaam van onder andere schriftelijke en beeldinformatie zoals video en muziek).

Niet nieuw
De discussie over netwerkbelasting is niet nieuw. Toen breedband internet nog in de kinderschoenen stond, waren gebruikers contractueel gebonden aan een zogenaamde Acceptable Use Policy (AUP) of Fair Use Policy (FUP), richtlijnen die hoofdzakelijk gericht waren op het terugdringen van bovenmatig gebruik van bandbreedte.

Door toenemende prijsconcurrentie en beschikbaarheid van voldoende capaciteit is deze discussie voor vaste verbindingen (dus niet mobiel internet) op de achtergrond geraakt.
Internetproviders hebben de mogelijkheid om het verkeer over hun netwerk zodanig te sturen dat aan bepaalde soorten verkeer (bijvoorbeeld e-mail, webpagina's of peer-to-peer verkeer) voorrang wordt gegeven of juist wordt beperkt. Een goed voorbeeld daarvan is het "vertragen" van peer-to-peer netwerkverkeer als BitTorrent (een systeem om peer-to-peer data uit te wisselen). Het uitwisselen van bestanden via peer-to-peer, gebeurt veelal zonder toestemming van de rechthebbenden, hetgeen in de meeste landen niet is toegestaan. In deze "illegaliteit" werd rechtvaardiging gevonden voor het vertragen van het betreffende netwerkverkeer en dit genoot weinig brede publieke belangstelling.

Net Neutrality
Recent is er in de VS een onderzoek ingesteld door de Federal Communications Commission naar Comcast, de op een na grootste internetprovider van de VS (meer dan- miljoen abonnees) omdat deze opzettelijk bepaald verkeer via haar netwerk vertraagde. In de VS dient een internetprovider haar netwerkbeleid te verantwoorden. Hoewel er geen geschreven regels bestaan op het gebied van netwerkverkeer, geldt een ongeschreven regel van "Net Neutrality" wat inhoudt dat internetproviders het netwerkverkeer gelijk zullen behandelen. De komst van de Iplayer dreigt daaraan een eind te maken als geen oplossing wordt gevonden. Net Neutrality betekent overigens niet dat een internetprovider onder alle omstandigheden maar verkeer moet doorlaten. De vraag is of een aanbieder van content onder alle omstandigheden van de internetprovider mag verlangen dat deze de door hem aangeboden content ongehinderd moet doorgeven of in het verlengde daarvan een internetprovider kan vorderen dat een contentaanbieder zijn aanbod gericht op de abonnees van de internetprovider staakt.

Hoge Raad
In 2004 is door de Hoge Raad in een zaak tussen XS4ALL en Ab.Fab aan deze vraag al enige aandacht besteed. In deze zaak overwoog de Hoge Raad kort gezegd dat indien iemand, zonder daartoe gerechtigd te zijn, gebruik maakt van een goed waarop een ander een exclusief recht heeft, en hij daardoor - zoals in de regel het geval zal zijn - inbreuk maakt op dat exclusieve recht, daarmee onrechtmatig handelt tegenover die rechthebbende, behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond.

Aangezien onbestreden vast stond dat XS4ALL exclusieve rechten heeft op haar computercapaciteit, haar transmissiecapaciteit en haar klantenbestand waarvan Ab.Fab tegen de haar kenbaar gemaakte wil van XS4ALL gebruikt maakt, handelde Ab.Fab daarmee onrechtmatig jegens XS4ALL. Het gevolg was dat het Ab.Fab verboden is om nog langer XS4ALL systemen te belasten.

De vraag is of de door de Hoge Raad geformuleerde regel ook van toepassing is op de Iplayer, en daarmee de Internetproviders een juridische grond hebben om de Iplayer te weren. In de Af.Fab zaak speelde de aard van de content een belangrijke rol, het ging immers om SPAM waar de klant niet om had gevraagd. Bij de Iplayer ligt dat beduidend anders.

De stelling die de internetproviders in het Verenigd Koninkrijk hebben ingenomen is dat het internet niet zou zijn bedoeld voor het verwerken van (grote) hoeveelheden video verkeer. Gelet op de ontstaansgeschiedenis van het internet is die stelling niet onjuist. Verschillende internetproviders exploiteren echter ook zelf videodiensten, dus de vraag is of deze stelling wel geheel oprecht is.

De komende tijd zal zich in ieder geval een boeiende discussie ontwikkelen, niet enkel in de praktijk maar ook juridisch. Immers: naast verbodsacties zijn wellicht ook andere acties denkbaar zoals die uit ongerechtvaardige verrijking. Betoogd zou kunnen worden dat de BBC zich kosten heeft bespaard cq. zal besparen óf haar inkomen vergroot door zonder toestemming gebruik te maken van het goed van een ander.

Auteurs

Portret vanSimon Sanders
Simon Sanders
Advocaat
Amsterdam