Home / Publicaties / Ontslag op staande voet na herhaaldelijk missen afspraken...

Ontslag op staande voet na herhaaldelijk missen afspraken bedrijfsarts: wie (niet) weg is, is gezien?

12/03/2015

De werkgever is bevoegd het loon op te schorten over de periode dat een zieke werknemer weigert de door de werkgever vastgestelde (redelijke) voorschriften omtrent controle bij ziekteverzuim na te leven. De werkgever dient de werknemer dan wel onverwijld in kennis te stellen van (de grond van) het opschorten van de loondoorbetaling. In de rechtspraak is bepaald dat de enkele weigering tot het opvolgen van controlevoorschriften niet tevens een dringende reden oplevert die een ontslag op staande voet rechtvaardigt. Dit kan anders zijn als er sprake is van "bijkomende omstandigheden", zoals recent bevestigd in een zaak voor de kantonrechter in Maastricht, rechtbank Limburg.[1] Het ging in deze zaak om het volgende.

Uitspraak kantonrechter

De werknemer was sinds 20 november 2011 in dienst bij de werkgever op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en sinds 2012 arbeidsongeschikt. Per 16 april 2014 heeft de werkgever de loondoorbetaling opgeschort. Op 26 juni 2014 is de werknemer op staande voet ontslagen. Per brief van 1 juli 2014 is namens de werknemer aan de werkgever medegedeeld dat hij niet instemt met het ontslag en is de nietigheid van het ontslag ingeroepen.

De werkgever stelt zich op het standpunt dat hij terecht is overgegaan tot opschorting van het loon en later ontslag op staande voet, omdat de werknemer herhaaldelijk niet zou zijn verschenen op het spreekuur van de bedrijfsarts, de werknemer slecht bereikbaar zou zijn en aan de werknemer diverse waarschuwingen zouden zijn gegeven. De werknemer stelt dat hij slechts op enkele afspraken met de bedrijfsarts niet zou zijn verschenen vanwege gelijktijdige andere medische afspraken en dat hij zich voorafgaand zou hebben afgemeld. Noch de loonopschorting, noch het ontslag op staande voet zou daarom terecht zijn. De werknemer start een kort geding en vordert loon.

Ter zitting heeft de werkgever diverse concrete data vermeld waarop de werknemer niet is verschenen op het spreekuur van de bedrijfsarts. De advocaat van de werknemer liet na dit te betwisten, althans betwistte dit onvoldoende. De werknemer is zelf niet ter zitting verschenen. De stelling dat de werknemer afspraken met de bedrijfsarts heeft gemist vanwege gelijktijdige andere medische afspraken en zich hiervoor heeft afgemeld is niet onderbouwd en moet daarom, mede gezien de betwisting van de werkgever, worden afgewezen.

De kantonrechter oordeelt dat de controlevoorschriften als redelijk kunnen worden beschouwd. Bovendien is niet gebleken dat (de frequentie van) het bezoek van het spreekuur van de bedrijfsarts niet gevergd kon worden van de werknemer of voor hem te belastend was. Daar staat tegenover dat de werkgever de werknemer onverwijld in kennis heeft gesteld van (de grond van) het opschorten van de loondoorbetaling. Dit rechtvaardigt volgens de kantonrechter het oordeel dat de werkgever mocht overgaan tot opschorting van het loon.

Met betrekking tot het ontslag op staande voet oordeelt de kantonrechter dat relevant is dat de werknemer stelselmatig zonder voorafgaand bericht niet is verschenen op het spreekuur van de bedrijfsarts. Relevant is verder dat de werknemer herhaaldelijk is gewaarschuwd dat zijn handelwijze zou kunnen leiden tot opschorting van het loon en eventueel tot ontslag op staande voet. Voorts is vast komen te staan dat deze waarschuwingen en loonopschorting geen effect hebben gehad. Daarnaast is gebleken dat de werknemer enkele malen niet bereikbaar is geweest voor de werkgever, als gevolg van omstandigheden die voor eigen rekening en risico van de werknemer komen. Op grond van deze omstandigheden komt de kantonrechter tot de conclusie dat er sprake is van (bijkomende) omstandigheden<em> </em>die een dringende reden opleveren en een ontslag op staande voet rechtvaardigen.

Nu de werkgever gerechtigd was over te gaan tot opschorting van het loon én ontslag op staande voet, wordt de loonvordering van de werknemer afgewezen.

Dat het kwartje, ingeval van meermaals missen van afspraken met bedrijfsarts, ook geheel de andere kant op kan vallen, bewees een andere recente zaak die eveneens speelde bij de kantonrechter in Maastricht.[2] Het betrof in deze zaak een werknemer die een viertal afspraken met bedrijfsarts had gemist in een tijdsbestek van circa anderhalf jaar, als gevolg waarvan de werkgever het loon had opgeschort. Naar het oordeel van de kantonrechter had de werkgever hiertoe niet mogen overgaan. Doorslaggevend werd geacht dat de werkgever, naast de gemiste afspraken, niet nader had toegelicht waarom loonopschorting gerechtvaardigd zou zijn en dat vast was komen te staan dat de werknemer op elf afspraken met bedrijfsarts wél was verschenen.

Commentaar
Uit de rechtspraak blijkt dat de vraag wanneer herhaaldelijk schenden van controlevoorschriften daadwerkelijk kan leiden tot ontslag op staande voet niet eenduidig kan worden beantwoord. Dit verbaast niet, omdat de rechter in individuele gevallen naar eigen inzicht moet beoordelen of er sprake is van (bijkomende) omstandigheden die een dringende reden opleveren en dus een ontslag op staande voet rechtvaardigen. Gezien het feit dat een ontslag op staande voet wordt beschouwd als <em>'ultimum remedium'</em> zal de werkgever in ieder geval moeten aantonen dat hij alles heeft geprobeerd om de weigerende werknemer alsnog controlevoorschriften te laten naleven.

In het onderhavige geval is hier volgens de kantonrechter sprake van. De werkgever heeft de werknemer immers diverse malen gewaarschuwd voor de eventuele gevolgen van het niet naleven van de controlevoorschriften en eerst het loon opgeschort. Vervolgens komt voor risico van de werknemer dat hij slecht bereikbaar was en ondanks de waarschuwingen en loonopschorting zijn gedrag continueerde.

[1] Kantonrechter Maastricht (vzr.) 15 september 2014, ECLI:NL:RBLIM:2014:7965.

[2] Kantonrechter Maastricht (vzr.) 9 december 2014, ECLI:NL:RBLIM:2014:10640.