Home / Publicaties / Energy: Overzicht wetgeving - november en december...

Energy: Overzicht wetgeving - november en december 2020

15/02/2021

Onderstaand treft u een overzicht aan van parlementaire stukken die betrekking hebben op de energiesector en in november en december 2020 zijn gepubliceerd.

Klimaat

1. Internetconsultatie Klimaatwet 1.5

Op 25 december 2020 is de internetconsultatie voor de Klimaatwet 1.5 van start gegaan. De toevoeging ‘1.5’ staat voor de kritische grens van 1,5°C opwarming, zoals opgenomen in het Parijsakkoord. Het doel van de Klimaatwet 1.5 is dat Nederland zo snel mogelijk een zo groot mogelijke bijdrage gaat leveren aan het voorkomen van een verdere opwarming van de aarde. In de Klimaatwet 1.5 wordt een reeks instrumenten geïntroduceerd die het mogelijk maken het klimaatbeleid snel en flexibel bij te sturen. Doelstellingen worden aangescherpt en juridisch afdwingbaar. Dit is nodig omdat de huidige Nederlandse Klimaatwet te vrijblijvend is en daarmee niet in lijn is met het 1,5°C-doel en het Parijsakkoord. De consultatie liep tot 31 januari 2021.

Rijksoverheid, Internetconsultatie, 25 december 2020

2. Klimaat- en Energieverkenning 2020 en Urgenda-vonnis

Op 9 december 2020 (gepubliceerd op 5 februari 2021) zond de Minister van Economische Zaken en Klimaat de Tweede Kamer een brief over de Klimaat- en Energieverkenning 2020 (KEV2020) (Kamerstuk 32813, nr. 609) en de uitvoering van het Urgenda-vonnis. De KEV2020 bevat naast de prognose voor het doelbereik voor de klimaatdoelen voor 2030, ook een prognose voor 2020 in verband met de uitvoering van het Urgenda-vonnis (25% CO₂-reductie in 2020 ten opzichte van 1990). In deze brief wordt ingegaan op deze prognose voor 2020 en de resultaten van de KEV2020, gevolgd door mogelijkheden tot een (aanvullende) inzet van het kabinet ten aanzien van de kolenmaatregelen en aanvullende maatregelen die worden genomen om aan het vonnis te voldoen. Verder wordt aandacht besteed aan de voortgang van de ‘call for proposals’, waarin één moderne kolencentrale de mogelijkheid is geboden om tegen een vergoeding vrijwillig te sluiten.

Kamerstuk 2020-2021, 32813, nr. 644

3. The European Climate Pact

De Europese Commissie lanceerde op 9 december 2020 het European Climate Pact, een EU-breed initiatief dat diverse stakeholders (individuen, gemeenschappen, organisaties) uitnodigt om deel te nemen aan en mee te denken over klimaatplannen. Het is onderdeel van de European Green Deal.

Europese Commissie, 9 december 2020 

Elektriciteit, gas en warmte

4. Internetconsultatie Energiewet

Het wetsvoorstel voor de Energiewet is op 17 december 2020 ter consultatie voorgelegd; de consultatieperiode loopt tot 11 februari 2021. Het wetsvoorstel beoogt de huidige Gaswet en Elektriciteitswet 1998 te vervangen en een modern en geactualiseerd ordeningskader te bieden dat (1) de energietransitie ondersteunt en stimuleert en tegelijkertijd (2) bijdraagt aan het doel van een schone energievoorziening die veilig, betrouwbaar, betaalbaar en ruimtelijk inpasbaar is. Het wetsvoorstel is grotendeels gereed. Enkele aspecten zijn niet meegenomen in de consultatie en zullen na de consultatie worden toegevoegd.

Rijksoverheid, Internetconsultatie, 17 december 2020

5. Wijziging van de Wet verbod op kolen bij elektriciteitsproductie

Op 8 december 2020 is het voorstel van wijziging van de Wet verbod op kolen bij elektriciteitsproductie in verband met beperking van de CO₂-emissie aangeboden aan de Tweede Kamer. Het doel van het wetsvoorstel is in de jaren 2021, 2022, 2023 en 2024 de uitstoot van CO₂ door kolencentrales zodanig te reduceren dat de totale CO₂-uitstoot in de jaren na 2020 minstens 25% minder bedraagt dan in 1990. Per kalenderjaar mag een productie-installatie bij de opwekking van elektriciteit met behulp van kolen niet meer CO₂ produceren dan 35% van het aantal Mton CO₂ dat in een kalenderjaar geproduceerd zou kunnen worden bij volledige inzet van het opgesteld vermogen van de productie-installatie. In de HUF-toets wetsvoorstel productiebeperking kolen van de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) is gekeken naar de handhaafbaarheid en naleving, fraudebestendigheid, gegevensuitwisseling en uitvoerbaarheid van het concept-wetsvoorstel ten aanzien van de productiebeperking kolen.

Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35668, nr. 1 (Koninklijke boodschap)
Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35668, nr. 2 (Voorstel van wet)
Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35668, nr. 3 (Memorie van toelichting)
Bijlage bij kamerstuk 2020-2021 35668, nr. 3 (HUF-toets)
Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35668, nr. 4 (Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport)

6. Resultaten internetconsultatie Wet collectieve warmtevoorziening

In een brief informeerde de Minister van Economische Zaken en Klimaat de Tweede Kamer op 14 december 2020 (gepubliceerd 11 januari 2021) over de resultaten van de internetconsultatie voor het wetsvoorstel voor de Wet collectieve warmtevoorziening ('Warmtewet 2.0'), die van 22 juni tot 3 augustus 2020 heeft voorgelegen. In totaal zijn er 112 reacties ingediend. Dit wetsvoorstel beoogt de groei en verduurzaming van collectieve warmtesystemen in de gebouwde omgeving te faciliteren, om zo uitwerking te geven aan de klimaatdoelen en de afspraken uit het Klimaatakkoord. In deze brief worden de hoofdlijnen van het wetsvoorstel, de belangrijkste wijzigingen naar aanleiding van de internetconsultatie, de samenhang tussen het wetsvoorstel en andere maatregelen en het verdere verloop van het wetstraject geschetst.

Kamerstuk 2020-2021 30196, nr. 743

7. Wijziging van het Besluit investeringsplan en kwaliteit elektriciteit en gas

Op 14 december 2020 is het Besluit van 1 december 2020 tot wijziging van het Besluit investeringsplan en kwaliteit elektriciteit en gas (uitvalsituaties hoogspanningsnet) gepubliceerd. Dit besluit bevat de vrijstellingen van de wettelijke norm dat een net met een spanningsniveau van 110 kV of hoger, met uitzondering van het net op zee, zodanig is ontworpen en in werking is dat het transport van elektriciteit ook is verzekerd indien zich een uitvalsituatie voordoet. Ook wordt met dit besluit bepaalde ruimte in het elektriciteitsnet – de zogenoemde 'spitsstrook'– vrijgegeven voor (duurzaam) opgewekte elektriciteit.

Staatsblad 2020, 511

Duurzame energie

8. Wijziging van de Wet milieubeheer onderwerp

Op 5 november 2020 is het voorstel van wet tot wijziging van de Wet milieubeheer aangeboden aan de Tweede Kamer. Dit voorstel is ter implementatie van Richtlijn (EU) 2018/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen en met een focus op de vaststelling van regels ter bevordering van energie uit hernieuwbare bronnen in de vervoerssector en de borging van de beschikbare instrumenten. De richtlijn hernieuwbare energie dient uiterlijk 30 juni 2021 te zijn geïmplementeerd. Bij de omzetting van de richtlijn hernieuwbare energie richt het wetsvoorstel zich op het robuuster maken van de bestaande systematiek en houdt het rekening met de afspraken die de regering in het kader van het Klimaatakkoord met verschillende sectoren voor vervoer gemaakt heeft.
In het meegezonden Advies van de Afdeling advisering van de Raad van State d.d. 26 augustus 2020 en het nader rapport hierover d.d. 2 november 2020 maakt de Afdeling opmerkingen over de inzet van biobrandstof uit sojaolie als hernieuwbare energie op grond van titel 9.7 van de Wet milieubeheer en over de introductie van de broeikasgasreductie-eenheid in titel 9.8 van de wet.

Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35626, nr. 1 (Koninklijke boodschap)
Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35626, nr. 2 (Voorstel van wet)
Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35626, nr. 3 (Memorie van toelichting)
Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35626, nr. 4 (Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport)
Kamerstuk 2020-2021 | Kamerstuk 35626, nr. 5 (Verslag)

9. Meerjarenafspraken energie-efficiëntie MJA3 en MEE

Resultaten 2019 meerjarenafspraken energie-efficiëntie MJA3 en MEE
De Minister van Economische Zaken en Klimaat bracht op 24 november 2020 (gepubliceerd 1 december 2020) de Tweede Kamer op de hoogte over de behaalde resultaten in 2019 van de convenanten Meerjarenafspraak Energie-efficiëntie ETS-ondernemingen (MEE) en Meerjarenafspraak Energie-efficiëntie 3 (MJA3) per brief en de jaarlijkse resultatenbrochure. In het kader van het Energieakkoord voor duurzame groei zijn met de MEE-deelnemers aanvullende afspraken gemaakt voor 9 petajoule (PJ) additionele energiebesparing (finaal). In 2019 rapporteerden 992 bedrijven in het kader van de twee convenanten: 112 bedrijven verdeeld over 7 sectoren in de MEE en 880 bedrijven uit 33 sectoren in de MJA3. Het merendeel van de MEE-deelnemers zijn grote industriële bedrijven en instellingen die verplicht deelnemen aan het Europese Emissiehandelssysteem (EU ETS). De MJA3-deelnemers bestaan grotendeels uit bedrijven die niet onder het ETS vallen. De MJA3-deelnemers liggen op koers om hun doelen uit de plannen voor de periode 2017-2020 te realiseren, behalve wat betreft de prognose voor de realisatie van de voorgenomen besparing voor eind 2020 op het specifieke onderdeel procesefficiëntie. Deze blijft achter. Dit wordt gecompenseerd door extra duurzame energie (inkoop of opwek). De MEE-deelnemers liggen nog niet op koers en moeten in het laatste jaar van het convenant (2020) nog veel realiseren om de voorgenomen besparing uit hun Energie-Efficiëntie Plannen te behalen.

Kamerstuk 2020-2021 30196, nr. 734 
Bijlage bij kamerstuk 2020-2021 30196, nr. 734 (Resultatenbrochure 2019)

Verlenging Addendum MEE 9 PJ energiebesparing
Op 4 december 2020 (gepubliceerd 15 december 2020) informeerde de Minister van Economische Zaken en Klimaat de Tweede Kamer over de resultaten van het Addendum op het convenant Meerjarenafspraak Energie-efficiëntie ETS-ondernemingen (MEE). In het kader van het Energieakkoord voor duurzame groei zijn in dit Addendum, met een looptijd tot 31 december 2020, twee resultaatsafspraken gemaakt. Ten eerste is afgesproken dat alle ETS-ondernemingen een afzonderlijke verplichting hebben om gezamenlijk 9 PJ additionele finale energiebesparing te realiseren in 2020. De tweede afspraak is om 22 PJ finale energiebesparing met procesefficiëntiemaatregelen te realiseren binnen het MEE-convenant. Het Addendum houdt in dat alle ETS-ondernemingen een afzonderlijke verplichting zijn aangegaan om gezamenlijk 9 PJ additionele finale energiebesparing te realiseren. Daarnaast heeft elke ETS onderneming een individuele Besparingsopgave geaccepteerd voor haar inrichting(en). Deze individuele Besparingsopgave moest uiterlijk in 2020 gerealiseerd zijn op straffe van betaling van een Compensatie (€ 12 per GJ voor het niet gerealiseerde gedeelte van de Besparing). Door de coronacrisis hebben de ETS-ondernemingen binnen de looptijd van het Addendum niet aan hun individuele Besparingsopgave kunnen voldoen. Hiervoor is de overeenkomst tot wijziging van het Addendum opgesteld. Deze wijzigingsovereenkomst treedt in werking op 1 december 2020 en heeft een looptijd tot 31 december 2022.

Kamerstuk 2020-2021 30196, nr. 740
Bijlage bij kamerstuk 2020-2021 30196, nr. 740 (Wijzigingsovereenkomst bij Addendum meerjarenafspraak Energie-efficiëntie ETS-ondernemingen)

10. Voortgang stimulering duurzame energieproductie en klimaattransitie

Een aantal onderwerpen in verband met de stimulering van hernieuwbare energie en andere vormen van CO₂-reductie zijn door de Minister van Economische Zaken en Klimaat toegelicht in een brief aan de Tweede Kamer van 24 november 2020 (gepubliceerd 1 december 2020). Ingegaan wordt onder meer op de realisatie van projecten met een SDE+-beschikking in relatie tot onder andere de gevolgen van het coronavirus, de overstimuleringstoets in de SDE++, de samenloop van de CO₂-heffing en de SDE++, de rol van de transportindicatie bij aanvragen voor hernieuwbare elektriciteit en het gebruik van zwavelhexafluoride in windturbines. Aan de orde komen ook de gevolgen van de lage energieprijzen voor de subsidieverstrekking en het onderzoeken van het rekening houden met de hele economische levensduur in de SDE++.

Kamerstuk 2020-2021 31239, nr. 327

11. Noordzee Energie Outlook en windenergie op zee en waterstofproductie

De Minister van Economische Zaken en Klimaat zond op 4 december 2020 een brief (gepubliceerd 17 december 2020) over de eerste Noordzee Energie Outlook en zijn oordeel daarover. Het door DNVGL opgestelde rapport Noordzee Energie Outlook (NEO) biedt een wetenschappelijk onderbouwd overzicht van de technische en economische mogelijkheden voor het verduurzamen van de energievoorziening vanaf de Noordzee in de periode 2030-2050. De NEO gaat in op de rol van windenergie op zee, CO₂-opslag, gaswinning, innovatieve technologieën en de mogelijkheden voor energiesysteemintegratie. Het zwaartepunt van de NEO ligt bij de mogelijkheden voor de verdere groei van windenergie op zee en de consequenties daarvan voor het nationale energiesysteem. In de brief wordt verder besproken het toekomstperspectief voor windenergie op zee en welke concrete maatregelen al in gang zijn gezet. Dat betreft onder meer maatregelen voor uitbreiding van het aantal windenergiegebieden en de voorbereiding van de aanleg van infrastructuur zoals het hoogspanningsnet op land en zee, waterstofnetten, energiehubs op zee en internationale verbindingen.
Er wordt ook ingegaan op de koppeling tussen windenergie op zee en waterstof en de mogelijkheid dat extra windparken in de routekaart windenergie op zee nog voor 2030 nodig kunnen zijn. Naast het rapport 'Noordzee Energie Outlook' zijn bij deze brief ook aangeboden het rapport 'Gecombineerde tenders windenergie op zee & waterstofproductie' dat geeft invulling aan de aankondiging in de kabinetsvisie waterstof van maart 2020 om nut en noodzaak van gecombineerde tenders voor wind op zee en waterstofproductie in kaart te brengen en het rapport ‘Financing offshore wind’. Dit geeft inzicht in de financierbaarheid van Wind op Zee.

Kamerstuk 2020-2021 32813, nr. 646
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021 32813, nr. 646 (Noordzee Energie Outlook)
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021 32813, nr. 646 (Rapport Gecombineerde tenders windenergie op Zee & Waterstofproductie)
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021 32813, nr. 646 (Rapport Financing offshore wind)
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021 32813, nr. 646 (Brief bij Rapport Financing offshore wind)

Schoon transport

12. EC Sustainable and smart mobility strategie

De Europese Commissie presenteerde op 9 december 2020 haar ‘Sustainable and Smart Mobility Strategy' gelijktijdig met een Action Plan met 82 initiatieven, welke als leidraad zullen dienen voor het werk de komende vier jaar. Deze strategie legt de basis voor de manier waarop het EU-vervoerssysteem zijn groene en digitale transformatie kan verwezenlijken. Zoals uiteengezet in de European Green Deal, is het doel een vermindering van de emissies met 90% tegen 2050  aan welk doel bijgedragen moet worden middels een slim, concurrerend, veilig, toegankelijk en betaalbaar vervoerssysteem.

Europese Commissie, 9 december 2021

13. Kamerbrief over voortgang strategische aanpak batterijen

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat informeerde de Tweede Kamer op 17 december 2020 (gepubliceerd 11 januari 2021) over de voortgang van de strategische aanpak batterijen in transport, energieopslag en consumentenproducten.

Kamerstuk 2020-2021 31209, nr. 225
Bijlage bij kamerstuk 2020-2021, 31209, nr. 225 (Verkennend onderzoek inzameling lithium-ion batterijen in Nederland)

Overig

14. Advies over uitfasering houtige biogrondstoffen voor warmtetoepassingen

Op 18 december 2021 (gepubliceerd 12 januari 2021) heeft de Minister van Economische Zaken en Klimaat het 'Advies uitfasering houtige biogrondstoffen voor warmtetoepassingen' van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) aangeboden aan de Tweede Kamer. Het PBL geeft daarin inzicht in de effecten van de uitfasering van subsidies op houtige biogrondstoffen voor lage-temperatuurwarmtetoepassingen op de haalbaarheid en betaalbaarheid van de verduurzamingsopgave.

Kamerstuk 2020-2021 32813, nr. 651
Bijlage bij kamerstuk 2020-2021 32813, nr. 651 (Advies uitfasering houtige biogrondstoffen voor warmtetoepassingen)

Auteurs

Portret vanCecilia Weijden
Cecilia van der Weijden
Partner
Amsterdam
Portret vanMarcellina Rietvelt
Marcellina Rietvelt
Advocaat
Amsterdam
Portret vanMaurits Rabbie
Maurits Rabbie
Advocaat
Amsterdam