Home / Publicaties / Hoge Raad doet vrijdag uitspraak in de Don Bosco-...

Hoge Raad doet vrijdag uitspraak in de Don Bosco-zaak

07/06/2011

Aanstaande vrijdag zal de Hoge Raad uitspraak doen in de zogenoemde Don Bosco-zaak. De fiscale en vastgoedpraktijk wacht al enkele jaren vol spanning op een oordeel.
De Hoge Raad moet uitmaken of een terrein met opstallen die door de verkoper volledig worden gesloopt, kan worden aangemerkt als bouwterrein. De levering van een bouwterrein is btw-belast en vrijgesteld van overdrachtsbelasting. Het Europese Hof van Justitie gaf al de aanwijzing dat enkel terreinen die niet bestemd zijn voor bebouwing, mogen worden vrijgesteld van btw.

Het is aan de Hoge Raad om vrijdag te bepalen i) of het begrip 'bouwterrein' in de Nederlandse btw-wetgeving voldoende ruim is geformuleerd en ii) of de - vermoedelijk - btw-belaste levering van het terrein ook is vrijgesteld van overdrachtsbelasting.
Indien de Hoge Raad deze laatste vraag bevestigend beantwoordt, is niet langer vereist dat de bebouwing volledig is gesloopt, alvorens een terrein in de omzetbelasting en vrij van overdrachtsbelasting kan worden geleverd. De uitspraak zal zijn gevolgen hebben voor de tijdsplanning van aankopen door projectontwikkelaars. De grond kan eerder worden afgenomen en risico's kunnen vroeger overgaan op de koper.

Overigens heeft het Ministerie van Financiën aangegeven dat uitspraak in de Don Bosco-zaak mogelijk ook gevolgen heeft voor de fiscale kwalificatie van koop-/aanneemovereenkomsten met betrekking tot woonhuizen (vaak aangeduid als "Don Bosco-II"). Nu nog kan onder dergelijke overeenkomsten de levering van grond tegen 6% overdrachtsbelasting geschieden. Straks is het denkbaar dat ook in deze situatie slechts één handeling plaatsvindt: de levering van een nieuw gebouw, volledig in de btw-sfeer (19%). Een projectontwikkelaar zou dan het 13% fiscale voordeel over de opbrengstwaarde van de grond verliezen.

Ten slotte zal de Hoge Raad ook uitspraak doen in een zaak waarin een gedeeltelijk gesloopt winkelcentrum werd geleverd en door de koper zou worden verbouwd tot een nieuwe onroerende zaak. De vraag is of de bestemming tot nieuw vervaardigd gebouw moet worden meegewogen in de kwalificatie van het pand ten tijde van de levering.

Auteurs

Portret vanEtienne Cox
Etienne Cox
Counsel
Amsterdam