Newsflash Energy: overzicht wetgeving - maart, april en mei 2021

Onderstaand treft u een overzicht aan van parlementaire stukken die betrekking hebben op de energiesector en in maart, april en mei 2021 zijn gepubliceerd.

Klimaat

1. Input ophalen bij partners van het Klimaatakkoord en de brede samenleving

Op 29 januari 2021 stuurde de Minister van Economische Zaken en Klimaat de Tweede Kamer het eindrapport van de onafhankelijke studiegroep Invulling Klimaatopgave Green Deal. Deze studiegroep heeft ten behoeve van de kabinetsformatie opties in kaart gebracht om nationaal invulling te geven aan een opgehoogd Europees 2030-broeikasgasreductiedoel van ten minste 55% ten opzichte van 1990. De studiegroep is gevraagd om voorstellen op te halen bij alle partners van het Klimaatakkoord die bijdragen aan 55% CO2-reductie in 2030. Hiernaast werd verzocht om na afronding van het rapport input op te halen uit de brede samenleving en deze uit te werken tot concrete maatregelen.
Op 21 april 2021 heeft de minister de Tweede Kamer in een brief geïnformeerd  over de resultaten van de bespreking van het rapport met de samenleving en tot welke concrete aanvullende maatregelen dit heeft geleid.

Kamerstuk 2020-2021, 32813 nr. 685
Bijlage Kamerstuk 2020-2021, 32813 nr. 685 (Wat is het maatschappelijk draagvlak voor klimaatbeleid? Onderzoek naar beleidsopties van de studiegroep Invulling klimaatopgave Green Deal)
Bijlage Kamerstuk 2020-2021, 32813 nr. 685 (Overzicht maatregelen)
Bijlage Kamerstuk 2020-2021, 32813 nr. 685 (Conceptvoorstel)
Bijlage Kamerstuk 2020-2021, 32813 nr. 685 (Voorstel Ophoging Jaarverplichting Hernieuwbare Energie in Transport)

Elektriciteit, gas en warmte

2. Update transportcapaciteit op het elektriciteitsnet

Op 21 april 2021 (gepubliceerd 11 mei 2021) informeerde de Minister van Economische Zaken en Klimaat de Tweede Kamer over ontwikkelingen en voortgang rondom het gebrek aan transportcapaciteit op het elektriciteitsnet. In de Kamerbrief wordt een update gegeven ten aanzien van de transportschaarste en gaat de minister in op de maatregelen die genomen zijn om de schaarste zo beperkt en kort mogelijk te houden.

Kamerstuk 2020-2021, 29023 nr. 268

3. Verkenning elektriciteit uit water

In het Algemeen Overleg Klimaat en Energie van 4 september 2019 heeft de toenmalige minister van Economische Zaken en Klimaat toegezegd met een routekaart elektriciteit uit water (hierna afgekort met EuW) te komen. Als invulling van die toezegging is een verkenning elektriciteit uit water opgesteld die de beleidsinzet op EuW vanuit het huidige klimaat- en energiebeleid beschrijft. De Kamerbrief van 30 maart 2021 (gepubliceerd 2 april 2021) beschrijft de resultaten van deze verkenning.

Kamerstuk 2020-2021, 32813, nr. 676
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021, 32813, nr. 676 (Verkenning Elektriciteit uit water)
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021, 32813, nr. 676 (Samenvatting input Innovatie Attaché netwerk, DMEC en RVO – EuW)
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021, 32813, nr. 676 (Stroom uit water: Onderzoek potentieel elektriciteitsopwekking uit water ten behoeve van de Verkenning Elektriciteit uit Water.

4. Wijziging van de Wet verbod op kolen bij elektriciteitsproductie

Op 18 mei 2021 (gepubliceerd 20 mei 2021) is het wetsvoorstel Wijziging van de Wet verbod op kolen bij elektriciteitsproductie in verband met beperking van de CO2-emissie aangenomen door de Tweede Kamer. 

Kamerstuk 2020-2021, 35668, nr. A (Gewijzigd voorstel van wet)

Duurzame energie

5. Wet implementatie EU-richtlijn hernieuwbare energie voor garanties van oorsprong

Op 21 april 2021 is het voorstel van wet inzake Regels omtrent garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare bronnen (Wet implementatie EU-richtlijn hernieuwbare energie voor garanties van oorsprong) aan de Tweede Kamer aangeboden. Dit wetsvoorstel strekt tot implementatie van de richtlijn 2018/2001/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (PbEU, L 328) en in het bijzonder tot invoering van een systeem voor garanties van oorsprong voor ander gas uit hernieuwbare bronnen (niet zijnde ‘groen gas’ zoals bedoeld in de Gaswet).

Kamerstuk 2020-2021, 35814, nr. 1 (Koninklijke boodschap)
Kamerstuk 2020-2021, 35814, nr. 2 (Voorstel van wet)
Kamerstuk 2020-2021, 35814, nr. 3 (Memorie van toelichting)
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021, 35814, nr. 3 (Advies ACM)
Kamerstuk 2020-2021, 35814, nr. 4 (Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport)

6. Wetsvoorstel ondersteunen opgave windenergie op zee

Dit wetsvoorstel strekt tot wijziging van de Wet windenergie op zee voor het ondersteunen van de opgave voor windenergie op zee. De procedures voor de vergunningverlening worden uitgebreid en aangepast met als doel om te gaan met het feit dat windenergie op zee steeds minder of geen subsidie meer nodig heeft. De nieuwe bevoegdheidsverdeling van de ministers wordt vastgelegd evenals het voor de verdere toekomst geschikt maken van de wet voor andere energiedragers dan elektriciteit. Daarnaast wordt de procedure voor de vergunningverlening via de vergelijkende toets verbeterd en wordt voorzien in de mogelijkheid om de vergunning te veilen.

Kamerstuk  2020-2021, 35092, nr. B (Voorlopig verslag)
Kamerstuk  2020-2021, 35092, nr. C (Memorie van antwoord)
Kamerstuk  2020-2021, 35092, nr. D (Nader voorlopig verslag)
Kamerstuk  2020-2021, 35092, nr. E (Nadere memorie van antwoord)
Kamerstuk  2020-2021, 35092, nr. F (Eindverslag)

7. Evaluatie Opslag Duurzame Energie en toekomstverkenning ODE
Op 9 april 2021 (gepubliceerd 13 april 2021) heeft de Minister van Economische Zaken en Klimaat de eindrapporten van de evaluatie van en toekomstverkenning over de Opslag Duurzame Energie (ODE) aan de Tweede Kamer aangeboden. In de evaluatie van de ODE is de doeltreffendheid en doelmatigheid van het instrument onderzocht. De toekomstverkenning ODE betreft een ambtelijke verkenning van knelpunten die voortvloeien uit het oorspronkelijke doel van de ODE en de randvoorwaarden die aan het instrument gekoppeld zijn in de loop der jaren. 

Kamerstuk 2020-2021, 30196 nr. 752
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021, 30196 nr. 752 ( Evaluatie ODE Doelmatigheid en doeltreffendheid van de regeling)
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021, 30196 nr. 752 (Toekomstverkenning ODE)

8. Visie op het warmtesysteem en de ontwikkeling daarvan
Voor de gebouwde omgeving is een nationale doelstelling vastgesteld van 3,4 Mton extra CO2-reductie in 2030. Vanuit lokaal, regionaal en nationaal niveau zijn veel ontwikkelingen in gang gezet die bijdragen aan de transitie richting een duurzame gebouwde omgeving. De Minister van Economische Zaken en Klimaat gaat in een brief op 28 april 2021 (gepubliceerd op 4 mei 2021) aan de Tweede Kamer in op de vijf belangrijkste verduurzamingsstrategieën die gemeenten kunnen benutten voor de verdere vormgeving van transitievisie warmte en deelt een onderzoek dat is uitgevoerd naar de rol die de hybride warmtepomp kan spelen in de warmtetransitie. 

Kamerstuk 2020-2021, 30196 nr. 754
Bijlage bij kamerstuk 2020-2021, 30196, nr. 754 (De waarde van de hybride warmtepomp voor de warmtetransitie)

9. Kabinetsreactie op het rapport “Waterstof: de ontbrekende schakel" van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur

De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) heeft op 25 januari 2021 het rapport “Waterstof: de ontbrekende schakel” aangeboden aan de minister van Economische Zaken en Klimaat en aan de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer. 
Het rapport bevat een aantal wezenlijke en constructieve noties, met betrekking tot de positie van waterstof in het energiesysteem, de rol van de overheid, het strategisch belang voor Nederland en de EU, en essentiële randvoorwaarden. In een brief van 19 mei 2021 (gepubliceerd 25 mei 2021) informeert de minister van Economische Zaken en Klimaat de Tweede Kamer over het rapport.

Kamerstuk, 2020-2021, 32813 nr. 711

10. Elektriciteitsbehoefte vanuit de industrie (inclusief datacenters) richting 2030

De Minister van Economische Zaken en Klimaat biedt in een brief op 28 april 2021 (gepubliceerd op 29 april 2021) de Tweede Kamer het advies van de Stuurgroep Extra Opgave aan. Op verzoek van de Minister heeft de Stuurgroep Extra Opgave een inschatting gemaakt van de elektriciteitsbehoefte vanuit de industrie (inclusief datacenters) richting 2030. De Stuurgroep schat in dat er ten opzichte van het Klimaatakkoord een extra vraag kan ontstaan van tussen de 15 en 45 TWh elektriciteit voor de elektrificatie in de industrie en voor datacenters in 2030.  In deze extra opwek kan voorzien worden op zee. Om dit mogelijk te maken moeten de windgebieden uiterlijk oktober 2021 aangewezen worden in een aanvullend ontwerp en het programma Noordzee in maart 2022 definitief worden vastgesteld.

Kamerstuk  2020-2021, 32813 nr. 683
Bijlage bij Kamerstuk  2020-2021, 32813 nr. 683 ( Advies Stuurgroep Extra Opgave)

11. Rapport Integrale Infrastructuurverkenning 2030-2050

In het Klimaatakkoord is afgesproken dat TenneT, Gasunie en de regionale netbeheerders het initiatief nemen voor een integrale infrastructuurverkenning 2030-2050. Op 28 april 2021 (gepubliceerd 4 mei 2021) biedt de Minister van Economische Zaken en Klimaat het eindrapport hiervan aan de Tweede Kamer aan. De studie betreft een doorrekening van mogelijke toekomstbeelden voor 2050 ten opzichte van de bestaande plannen voor 2030. Het klimaatakkoord vormt daarbij het vertrekpunt. Daarmee levert de verkenning een bijdrage aan het in beeld brengen van een (kosten)efficiënte transitie en de daarvoor benodigde maatschappelijke en politieke keuzes.

Kamerstuk 2020-2021, 32813, nr. 684
Bijlage bij kamerstuk 2020-2021, 32813, nr. 684  (eindrapport Integrale Infrastructuurverkenning 2030-2050)

Schoon transport

12. Implementatie richtlijn ter bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen

Dit wetsvoorstel implementeert EU-richtlijn 2019/1161 ter bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen in de Wet milieubeheer. Met dit voorstel wordt in de Wet milieubeheer een wettelijke basis gelegd voor het vaststellen van een ministeriële regeling. In die ministeriële regeling wordt vastgelegd welke overheidsopdrachten en diensten vallen onder de reikwijdte van de richtlijn en aan welke minimumcijfers voor emissies aanbestedende diensten en aanbestedende instanties moeten voldoen met betrekking tot categorieën van voertuigen. Daarnaast wordt de betekenis van "schone" voertuigen gedefinieerd, en wordt invulling gegeven aan de mogelijkheden tot vrijstellingen en uitzonderingen die de richtlijn biedt. Deze richtlijn moet uiterlijk op 2 augustus 2021 geïmplementeerd zijn.

Kamerstuk 2020-2021, 35818, nr. 1 (Koninklijke boodschap)
Kamerstuk 2020-2021, 35818, nr. 2 (Voorstel van wet)
Kamerstuk 2020-2021, 35818, nr. 3 (Memorie van toelichting)
Kamerstuk 2020-2021, 35818, nr. 4 (Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport)

13. Besluit van 12 april 2021 tot wijziging van het Besluit infrastructuur alternatieve brandstoffen in verband met een aanpassing van de begripsomschrijving van motorvoertuigen en het stellen van nadere regels over het informeren over publiek toegankelijke tank- en oplaadpunten voor alternatieve brandstoffen

Op 18 mei 2021 is het Besluit van 12 april 2021 tot wijziging van het Besluit infrastructuur alternatieve brandstoffen in verband met een aanpassing van de begripsomschrijving van motorvoertuigen en het stellen van nadere regels over het informeren over publiek toegankelijke tank- en oplaadpunten voor alternatieve brandstoffen gepubliceerd. 
Richtlijn 2014/94/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen (PbEU 2014, L 307) heeft tot doel de energiezekerheid voor het transport te stimuleren en de milieu-impact van het gebruik van de huidige fossiele brandstoffen terug te dringen. Het Besluit infrastructuur alternatieve brandstoffen strekt tot implementatie van richtlijn 2014/94/EU. Met onderhavig wijzigingsbesluit worden twee aanpassingen doorgevoerd. De eerste betreft een wijziging van de definitie van het begrip «motorvoertuigen». De tweede wijziging ziet op het vaststellen van een delegatiegrondslag voor het stellen van regels over het beschikbaar stellen van gegevens over publiek toegankelijke tank- en oplaadpunten.

Staatsblad 2021, 229

14. Meer laadpalen in parkeergarages
Er komen meer laadpunten voor elektrische auto’s in parkeergarages. Dat spreken staatssecretaris Van Veldhoven (Infrastructuur en Waterstaat) en het platform voor parkeren (Vexpan) op 4 maart 2021 af. In 2025 moeten er tien keer zoveel laadpunten in parkeergarages zijn als nu.

Rijksoverheid, Nieuws, 4 maart 2021
Staatscourant 2021, 11331 (Convenant Laadinfrastructuur In Parkeergarages (CLIP))

Overig

15. Voortgangsbericht RES-proces

In een brief van 8 maart 2021 (gepubliceerd 10 maart 2021) aan de Tweede Kamer beschrijft de Minister van Economische Zaken en Klimaat de stand van zaken van het proces rond de Regionale Energiestrategieën (RES’en) en de belangrijkste uitdagingen daarbij voor de komende periode, met name tot de vaststelling van de RES’en 1.0. 
Het beeld is gebaseerd op de monitor van de concept-RES’en van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en een «foto» van het proces van het Nationaal Programma (NP) RES, waarin vijf opdrachtgevende partijen samenwerken: EZK en BZK, het Interprovinciaal Overleg (IPO), de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Unie van Waterschappen (UvW). Tevens geeft de Minister in deze brief een antwoord op de motie van de leden Dik-Faber en Van der Lee (Kamerstuk 32 813, nr. 584) waarin de regering wordt verzocht te bevorderen dat in de RES’en ook aandacht wordt besteed aan de energiebesparingsopgave in de gebouwde omgeving, en die ook inzichtelijk te maken.

Kamerstuk 2020-2021, 32813 nr. 672
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021, 32813 nr. 672 (Monitor Concept-RES)
Bijlage bij Kamerstuk 2020-2021, 32813 nr. 672 (Nationaal Programma RES-Foto februari 2021)