De Europese Commissie heeft het derde ontwerp gepubliceerd van de General-Purpose AI Code of Practice. Deze praktijkcode moet er uiteindelijk voor zorgen dat aanbieders van AI-modellen voor algemene doeleinden die onder de AI-verordening vallen, voldoen aan de auteursrechtwetgeving van de EU. Na voltooiing zal de praktijkcode dienen als hulpmiddel voor aanbieders van AI-modellen voor algemene doeleinden om aan te tonen dat ze voldoen aan de AI-verordening in overeenstemming met de stand van de techniek.
Dit ontwerp, dat is opgesteld door onafhankelijke experts, schetst een reeks verplichtingen en maatregelen waaraan AI-aanbieders zich waarschijnlijk zullen moeten houden. Het verklaart hoe een gezamenlijke inspanning om een balans te vinden tussen innovatie en wettelijke en ethische verantwoordelijkheden er uit dient te zien.
Hieronder volgt een overzicht van de ontwerpafspraken over AI en auteursrechtelijke bescherming, die ervoor moeten zorgen dat AI-aanbieders een solide auteursrechtbeleid voeren, web-crawlingpraktijken reguleren en mechanismen instellen om niet-naleving aan te pakken.
1. Een auteursrechtbeleid opstellen en uitvoeren
Volgens de praktijkcode moeten AI aanbieders een alomvattend auteursrechtbeleid opstellen, bijhouden en implementeren. Dit beleid moet betrekking hebben op alle verplichtingen die in de praktijkcode zijn opgenomen en moet worden samengevat in één document dat door de dienstverlener is goedgekeurd. De verantwoordelijkheden voor de implementatie van en het toezicht op dit beleid moeten duidelijk worden toegewezen binnen de organisatie. Aanbieders worden ook aangemoedigd om een samenvatting van hun auteursrechtbeleid openbaar te maken.
2. Rechtmatige web-crawlingpraktijken
Bij het gebruik van web-crawlers mogen AI aanbieders alleen rechtmatig toegankelijke auteursrechtelijk beschermde inhoud reproduceren en extraheren. Aanbieders mogen technologische maatregelen die bedoeld zijn om de toegang tot beschermde inhoud te voorkomen of te beperken, zoals paywalls, niet omzeilen. Daarnaast moeten ze redelijke inspanningen leveren om internetdomeinen die door rechtbanken of overheidsinstanties binnen de EU en EER als piraterijsites zijn aangemerkt, van hun webcrawlactiviteiten uit te sluiten.
3. Naleving van voorbehouden rechten
AI aanbieders moeten machine leesbare voorbehouden van rechten identificeren en naleven bij het crawlen van internetcontent. Aanbieders moeten webcrawlers gebruiken die zich houden aan het Robot Exclusion Protocol, zoals gespecificeerd in de normen van de Internet Engineering Task Force en zich inspannen om te voldoen aan andere geschikte machine leesbare protocollen. Deze maatregel moedigt aanbieders ook aan om standaardisatie inspanningen te ondersteunen en deel te nemen aan discussies met belanghebbenden om geschikte standaarden te ontwikkelen voor het uiten van voorbehouden van rechten.
4. Informatie over niet-gecrawlde inhoud
AI aanbieders zijn ook verplicht om adequate informatie te verkrijgen over beschermde inhoud die de aanbieder niet heeft gecrawled. Dit omvat het doen van redelijke inspanningen om te controleren of dergelijke inhoud is verzameld met behulp van webcrawlers die voldoen aan het Robot Exclusion Protocol. Deze maatregel houdt echter geen verplichting in om elk data element afzonderlijk te controleren op naleving van het auteursrecht.
5. Het beperken van inbreukmakende uitkomsten
Deze maatregel is bedoeld om het risico te beperken dat AI-systemen resultaten genereren die inbreuk maken op het auteursrecht. Aanbieders moeten redelijke inspanningen leveren om te voorkomen dat hun modellen auteursrechtelijk beschermde trainingsinhoud onthouden voor zover dit herhaaldelijk inbreukmakende resultaten oplevert. Daarnaast moeten ze in hun beleid expliciet verbieden dat hun modellen auteursrechten schenden. Deze maatregel is van toepassing ongeacht of de aanbieder het model in zijn eigen systemen integreert of het aan een andere entiteit levert.
6. Een contactpunt en klachtenmechanisme aanwijzen
Tot slot moeten AI aanbieders een contactpunt aanwijzen voor communicatie met de betrokken rechthebbenden en hierover makkelijk toegankelijke informatie verschaffen. Ook moeten aanbieders een mechanisme instellen voor rechthebbenden om klachten in te kunnen dienen over niet-naleving van de praktijkcode. Dit mechanisme moet elektronische inzendingen kunnen faciliteren en duidelijke informatie verschaffen over hoe klachten kunnen worden ingediend. Aanbieders mogen weigeren actie te ondernemen naar aanleiding van klachten die duidelijk ongegrond of buitensporig zijn.
Conclusie
Het derde ontwerp van de General-Purpose AI Code of Practice is een belangrijke stap om ervoor te zorgen dat AI aanbieders binnen de grenzen van de EU auteursrechtwetgeving opereren. Door duidelijke maatregelen en kaders te schetsen, beoogt het ontwerp een verantwoord en rechtmatig AI ecosysteem te bevorderen door het belang van een evenwicht tussen technologische vooruitgang en de bescherming van intellectuele eigendomsrechten te onderschrijven en een precedent te scheppen voor toekomstige regelgeving op het gebied van AI. De definitieve versie van de praktijkcode zal naar verwachting in mei 2025 gereed zijn.
Het volledige concept van de General-Purpose AI Code of Practice is alleen in het Engels beschikbaar op de pagina over digitale strategie van de Europese Commissie.
Contact
Als u meer wilt weten over de impact van de AI-praktijkcode en de AI-verordening op uw gebruik van AI, neem dan contact met ons op.