Home / Publicaties / CMS IP/TMC Update Maart 2021

CMS IP/TMC Update Maart 2021

02/03/2021

De continue ontwikkeling op het gebied van IP & TMT gaat gepaard met een toenemende rol van technologie, een continu verschuiving van de offline naar de online wereld en de bijbehorende veranderende regelgeving. Nieuwe mediawetgeving ziet onder meer op aanvullende regulering van streamingdiensten zoals Netflix en videoplatformen zoals Youtube. Op kansspelgebied worden meer en meer beleidsregels ontworpen met oog op de aanstaande openstelling van het ‘online gambling’. Op privacy gebied blijft men discussiëren over de doorgifte van persoonsgegevens naar derde landen, zoals de VS. Dit zijn maar een paar van de springende thema’s die spelen.

Om u te helpen voorop te blijven lopen, brengen wij daarom een maandelijkse newsflash met de laatste gerechtelijke uitspraken, informatie afkomstig van de autoriteiten en relevante achtergrond artikelen. Om navigeren zo eenvoudig mogelijk te maken, hebben we de informatie opgesplitst en per thema / rechtsgebied, kopjes gemaakt met een overzicht. Klik hieronder op het voor u relevante overzicht en blijf op de hoogte van deze cruciale ontwikkelingen.

Consumentenrecht

Regelgeving

Vuistregels duurzaamheidsclaims definitief, basis voor handhaving

Na consultatie is de Leidraad duurzaamheidsclaims van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) definitief. Met deze Leidraad legt de ACM aan de hand van vijf vuistregels uit hoe bedrijven kunnen voorkomen dat hun duurzaamheidsclaims onduidelijk, onjuist of misleidend zijn voor consumenten. De ACM gebruikt deze uitgangspunten bij haar handhaving. Bedrijven moeten consumenten juiste en controleerbare informatie geven over duurzaamheid, zodat consumenten producten en diensten goed kunnen vergelijken en bedrijven eerlijk met elkaar kunnen concurreren. 

ACM, 28 januari 2021

Jurisprudentie

HvJ 17 december 2020, C 667/19 (A. M. tegen E. M.)

„Prejudiciële verwijzing – Harmonisatie van de wetgevingen – Cosmetische producten – Verordening (EG) nr. 1223/2009 – Artikel 19 – Verstrekking van informatie aan consumenten – Etikettering – Aanduidingen die moeten worden vermeld op de recipiënt of op de verpakking van producten – Etikettering in een vreemde taal – ,Functie van het cosmetische product’ – Begrip – Verpakkingen van cosmetische producten die een verwijzing naar een gedetailleerde productcatalogus in de taal van de consument bevatten”
Het Hof verklaart voor recht:
1) Artikel 19, lid 1, onder f), van verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 betreffende cosmetische producten moet aldus worden uitgelegd dat de aanduiding van de „functie van het cosmetische product”, die krachtens deze bepaling op de recipiënt en op de verpakking van dit product moet zijn aangebracht, de consument duidelijk over het gebruik en de wijze van gebruik van dat product moet informeren opdat de consument het product in kwestie veilig kan gebruiken zonder dat zijn gezondheid erdoor wordt geschaad, hetgeen impliceert dat die bepaling niet kan worden beperkt tot de loutere aanduiding van de in artikel 2, lid 1, onder a), van die verordening vermelde doelstellingen die met het gebruik van het product worden nagestreefd. Het staat aan de verwijzende rechter om gelet op de kenmerken en de eigenschappen van het betreffende product en de verwachtingen van een normaal geïnformeerde, redelijk oplettende en omzichtige gemiddelde consument de aard en de omvang vast te stellen van de informatie die uit dien hoofde op de recipiënt en op de verpakking van het product moet zijn aangebracht opdat dit product kan worden gebruikt zonder dat zulks gevaar oplevert voor de volksgezondheid.
2) Artikel 19, lid 2, van verordening nr. 1223/2009 moet aldus worden uitgelegd dat de in artikel 19, lid 1, onder d), f) en g), van deze verordening bedoelde aanduidingen, te weten die welke betrekking hebben op respectievelijk de bijzondere voorzorgen in verband met het gebruik van het cosmetische product, de functie van dit product en de ingrediënten ervan, niet kunnen worden vermeld in een bedrijfscatalogus waarnaar wordt verwezen met het in punt 1 van bijlage VII bij die verordening bedoelde symbool dat is aangebracht op de verpakking of de recipiënt van dat product.

Rapport

ACM ziet risico’s van betaald ranken voor consumenten en concurrentie

De Autoriteit Consument & Markt (ACM) stelt na onderzoek vast dat er risico’s zijn verbonden aan betaald ranken voor zowel de concurrentie als de consument. Betaald ranken houdt in dat aanbieders extra betalen in ruil voor een hogere positie in de zoekresultaten van internetplatforms. Consumenten kunnen hierdoor misleid worden als onduidelijk is dat de volgorde van de gepresenteerde zoekresultaten beïnvloed is door betaling. Bovendien kan het de concurrentie tussen aanbieders beperken. Transparantie over betaalde resultaten kan helpen de risico’s van betaald ranken te beperken, maar stelt wel eisen aan de manier waarop dat gebeurt.
Rapport: Sponsored Ranking: an exploration of its effects on consumer welfare

ACM, 2 februari 2021

Intellectuele eigendomsrechten

Regelgeving

Reactie op consultatie voor het initiatief wetsvoorstel Dwanglicenties 

Rogier de Vrey (CMS) plaatst enkele kanttekeningen bij het voorstel van de Tweede Kamerleden Ellemeet en Ploumen om de regels in de Rijksoctrooiwet 1995 inzake dwanglicenties te wijzigen zodat farmaceutische producten sneller en makkelijker op de markt komen. 'Zoals gezegd juich ik de ambitie toe om toegankelijkheid van farmaceutische producten in noodsituaties te waarborgen. Het probleem is echter dat gezien het bovenstaande het voorstel daar geen oplossing voor biedt. Het voorstel verandert ook niets (wezenlijks) aan de reeds bestaande dwanglicentie regeling'.

CMS Expert Guide to Compulsory licensing; A legal roadmap of over 20 jurisdictions

Compulsory licensing provides a specific mechanism to bypass a patent owner’s legal monopoly. However, compulsory licensing is a drastic measure, the last resort in extraordinary times or exceptional situations. So far, it has been put into practice only in rare individual cases. 
Even though compulsory licenses are only awarded under exceptional conditions, and where specific requirements are met, does the unprecedented scale and magnitude of the coronavirus crisis provide the right circumstances for applying this tool? Who can apply for such a ompulsory license? Can the competent authority grant a compulsory licence without hearings under an urgent situation? And does the compulsory licensee have to pay a royalty to the right holder?
This guide provides a high-level overview of all such issues and requirements involving compulsory licensing over 20 jurisdictions.

Jurisprudentie

HR 19 februari 2021, ECLI:NL:HR:2021:269 (DOC tegen Dairy Partners)

Dairy Partners is een Britse kaasproducent en handelt sinds 2007 onder de handelsnaam 'Dairy Partners'. DOC is een Nederlands bedrijf en richt zich op de Benelux en Frankrijk. Sinds 2016 handelt DOC onder de handelsnaam 'DOC Dairy Partners'. De Hoge Raad oordeelt kort gezegd dat in een conflict tussen twee beschrijvende handelsnamen op de voet van artikel 5 Hnw uitsluitend beoordeeld moet worden of sprake is van verwarringsgevaar. De toets die het gerechtshof Den Haag in 2017 hanteerde in de zaak Parfumswinkel was niet juist. Het hof vereiste destijds dat er, naast verwarringsgevaar, ook sprake dient te zijn van bijkomende omstandigheden. Deze Parfumswinkel-toets is nu van tafel. De Hoge Raad verschaft bij r.ov. 2.10 duidelijkheid voor de situatie dat een conflict niet door art. 5 Hnw wordt beheerst, maar door art. 6:162 BW. In dat geval kunnen bijkomende omstandigheden wel vereist zijn. Deze bijkomende omstandigheden kunnen bestaan in gedragingen die een daad van oneerlijke mededinging opleveren.

Rapport

Intellectual property rights and firm performance in the European Union Firm-level analysis report 

Het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (EUIPO) heeft een rapport gepubliceerd over het verband tussen eigendom van intellectuele eigendomsrechten en economische prestaties binnen individuele bedrijven in heel Europa. De studie concludeert dat er een positieve associatie bestaat tussen IER-eigendom en economische prestaties, waarbij de inkomsten per werknemer gemiddeld 55% hoger zijn voor IER-eigenaren dan voor niet-eigenaren. In België, een sterke innovator volgens het jaarlijkse European Innovation Scoreboard van de Europese Commissie, hebben kleine en middelgrote ondernemingen een van de hoogste percentages patentbezit in Europa.

EUIPO, February 2021

IT-recht

Regelgeving

Uitkomsten verkenning wettelijke bevoegdheden digitale weerbaarheid en beleidsreacties WODC-rapporten

Het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) moet in de toekomst bedrijven en organisaties die niet tot de Rijksoverheid of vitale sector behoren waarschuwen voor cyberdreigingen. Om dat mogelijk te maken is een aanpassing van de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen (Wbni) noodzakelijk. Minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhaus pleit daarvoor.
Dat blijkt uit een brief die minister Grapperhaus naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Bijlage: Overzicht wet- en regelgeving cybersecurity

Tweede Kamer, 3 februari 2021

Rapport

Factsheet Incidentmanagement

De IBD publiceerde een nieuwe factsheet over incidentmanagement. Incidentmanagement is één van de basisprocessen om de beveiliging op orde te krijgen. De IBD biedt hierop ondersteuning in het programma Verhogen Digitale Weerbaarheid. (Basis-) maatregelen kunnen risico’s op informatiebeveiligingsincidenten sterk verminderen. Incidenten zijn echter nooit helemaal te voorkomen. Daarom is het van groot belang dat de gemeentelijke organisatie is voorbereid voor als het toch mis gaat. De schade bij een incident kan met goede voorbereiding worden beperkt. Daarom is het belangrijk om het proces van incidentmanagement in te richten, te oefenen regelmatig te actualiseren. Op hoofdlijnen zijn de verschillende aspecten van incidentmanagement op een rij gezet in deze factsheet. Daarbij is beschreven hoe u er zelf mee aan de slag kunt en in welke ondersteuningsproducten van de IBD u meer informatie kunt vinden over dit onderwerp.
Factsheet Incidentmanagement

VNG, 15 januari 2021

Kansspelrecht

Regelgeving

Lagere regelgeving bij de wet Kansspelen op afstand vastgesteld

Het besluit kansspelen op afstand en de ministeriële regeling kansspelen op afstand zijn vastgesteld en gepubliceerd. Met deze lagere regelgeving wordt nader invulling gegeven aan de doelstellingen van de wet. Zo worden er aanvullende eisen gesteld op het gebied van verslavingspreventie, consumentenbescherming en het voorkomen van fraude en criminaliteit.
In het besluit Kansspelen op afstand wordt het vergunningenstelsel voor kansspelen op afstand nader uitgewerkt en worden regels gesteld aan reclame, werving en verslavingspreventie. Ook worden onder andere de eisen geconcretiseerd ten aanzien van het spelsysteem van vergunninghouders, het voorkomen van witwassen en matchfixing en het registreren en veilig bewaren van gegevens. Deze eisen zijn nader gespecificeerd in de regeling kansspelen op afstand.
Deze lagere regelgeving behoort bij de wet Kansspelen op afstand, welke op 1 april 2021 in werking treedt. Per 1 oktober moeten zowel landgebonden als online aanbieders aangesloten zijn op het Centraal Register Uitsluiting Kansspelen (CRUKS). Dit valt samen met de opening van de online markt. De verplichting om de bezoekersfrequentie bij speelcasino’s en speelautomatenhallen te registreren treedt op hetzelfde moment in werking.

Rijksoverheid, 4 februari 2021

Rapport

Rapport over prognoses Nederlandse online kansspelmarkt

De Kansspelautoriteit (Ksa) heeft vandaag een rapport gepubliceerd waarin prognoses staan over de markt voor online kansspelen in Nederland.
In het rapport Omvang online kansspelmarkten wordt verkend wat de gevolgen kunnen zijn van de aanstaande legalisering en regulering van online kansspelen. Hiervoor is onder meer gekeken naar wat er gebeurde in Denemarken en Zweden, toen in die landen online kansspelen werden gelegaliseerd.

KSA, 16 februari 2021

Mediarecht

Jurisprudentie

HvJ 3 februari 2021, C 555/19 (Fussl Modestraße Mayr tegen SevenOne Media)

„Prejudiciële verwijzing – Richtlijn 2010/13/EU – Aanbieden van audiovisuele mediadiensten – Artikel 4, lid 1 – Vrij verrichten van diensten – Gelijke behandeling – Artikel 56 VWEU – Artikelen 11 en 20 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Audiovisuele commerciële communicatie – Nationale regeling die televisieomroepen verbiedt in hun landelijk uitgezonden programma’s televisiereclame op te nemen die alleen regionaal kan worden ontvangen”
Televisieomroep. Gelijke behandeling. Het Hof verklaart dat een volledige verbod, waardoor de inkomsten uit regionale televisiereclame worden voorbehouden aan regionale en lokale zenders, mogelijkerwijs verder dan noodzakelijk is om een gevarieerd televisieaanbod te behouden en kan leiden tot een ontoelaatbare ongelijkheid tussen de landelijke televisieomroepen en de aanbieders van reclamediensten op internet. 
Fussl Modestraße Mayr GmbH exploiteert een keten van modewinkels in Oostenrijk en in de deelstaat Beieren. Zij heeft een overeenkomst gesloten met SevenOne Media GmbH, de marketingonderneming van de Duitse televisieomroep ProSiebenSat. Volgens deze overeenkomst zou alleen in de deelstaat Beieren reclame worden uitgezonden bij programma’s van de landelijke televisiezender ProSieben. SevenOne Media heeft evenwel geweigerd deze overeenkomst uit te voeren. Een Staatsvertrag verbiedt televisieomroepen immers om in hun landelijke uitzendingen televisiereclame op te nemen die alleen regionaal kan worden ontvangen. Op dit verbod bestaat een uitzondering: de deelstaten kunnen namelijk toestaan dat bij landelijke uitzendingen regionale reclame wordt uitgezonden. Het Landgericht Stuttgart vraagt zich in die omstandigheden af of dit verbod verenigbaar is met het Unierecht.  Het Hof merkt in dit verband op dat het verbod inconsistent zou kunnen zijn ten gevolge van het feit dat het enkel geldt voor reclamediensten die door de televisieomroepen worden aangeboden en niet voor internetreclamediensten. Voorts wijst het Hof er met betrekking tot de noodzaak van het verbod op dat een minder beperkende maatregel mogelijk zou zijn indien de deelstaten het in de uitzonderingsbepaling bedoelde vergunningstelsel daadwerkelijk zouden toepassen.

Privacyrecht

Besluit

Ziekenhuis OLVG beboet om onvoldoende beveiliging medische dossiers

De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) legt een boete van 440.000 euro op aan het Amsterdamse ziekenhuis OLVG. Het ziekenhuis had tussen 2018 en 2020 te weinig maatregelen genomen om toegang door onbevoegde medewerkers tot medische dossiers te voorkomen. Dat kwam door onvoldoende controle op wie welk dossier bekeek en ontoereikende beveiliging van de computersystemen. Naar aanleiding van het onderzoek van de AP heeft het OLVG de vereiste verbeteringen doorgevoerd.
Het ziekenhuis gaat niet in bezwaar of beroep tegen de boete van de AP.

AP, 11 februari 2021

Telecomrecht

Regelgeving

Wijziging van de Telecommunicatiewet in verband met het invoeren van een opt-in-systeem voor het overbrengen van ongevraagde communicatie voor commerciële, ideële of charitatieve doeleinden aan natuurlijke personen

Op 9 februari heeft de Eerste Kamer een voorstel aangenomen dat het Nederlandse systeem wijzigt voor het telefonisch overbrengen van communicatie voor commerciële, ideële of charitatieve doeleinden (telemarketing).
Voor telemarketing geldt op dit moment een zogenaamd opt-out-systeem, wat impliceert dat abonnees die natuurlijke personen zijn ongevraagd telefonisch mogen worden benaderd, tenzij zij zich hebben ingeschreven in het Bel-me-niet-register (BMNR) of aan de verzender anderszins te kennen hebben gegeven niet te willen worden benaderd. Dit wetsvoorstel introduceert een opt-in-systeem voor telemarketing. Het uitgangspunt van dit nieuwe systeem is dat telemarketing aan natuurlijke personen niet mag plaatsvinden, tenzij zij hiervoor uitdrukkelijk toestemming hebben gegeven.

Eerste Kamer, 9 februari 2021

ACM: telecomaanbieders mogen samenwerken voor snelle uitrol mobiele netwerken

Telecomaanbieders mogen onder voorwaarden samenwerken om op efficiënte wijze te investeren in capaciteit, kwaliteit en dekking van de mobiele netwerken. Dat stelt de Autoriteit Consument & Markt (ACM) in een leidraad over delen van mobiele netwerken. Samenwerking tussen telecomaanbieders kan er aan bijdragen dat deze investeringen worden gedaan, met behoud van concurrentie op de markt. De ACM legde de leidraad eerder voor aan partijen uit de telecomsector. Reacties zijn verwerkt in de definitieve versie die nu wordt gepubliceerd.

ACM, 4 februari 2021

Auteurs

Portret vanRogier Vrey
Rogier de Vrey
Partner
Amsterdam
Dolf Segaar